Klimaatverandering leidt niet alleen tot een teveel, maar ook tot een tekort aan water en droogte zoals in de afgelopen 5 jaar, is een nieuw fenomeen voor onze regio.

De aanpak ervan vereist samenwerking op het gebied van (grensoverschrijdende) stroom- en intrekgebieden, terwijl ook het grondwater nadrukkelijk in beeld is.

Het project met de naam ‘’DIWA’’ focust zich op de ontwikkeling van een grensoverschrijdende droogteaanpak. Droogte is voor onze beide landen steeds vaker een bedreiging en is een probleem dat niet ophoudt aan de grens. Het project spits zich daarbij toe op de grensstreek tussen Nederland en Duitsland in het Interreg programmagebied.

De Vecht is een goed voorbeeld van een regenwaterrivier die van het Duitse Münsterland stroomt richting het Overijsselse Zwartewater: een duidelijk grensoverschrijdend stroomgebied. Maatregelen aan de ene zijde van de landsgrens hebben alleen effect als zij aan de andere kant van de landsgrens gelijkwaardig worden aangepakt.

In ‘DIWA’ werken de volgende tien partners met elkaar samen: Waterschap Vechtstromen (Leadpartner), Waterschap Rijn en IJssel, Provincie Gelderland, Universiteit Twente, Kreis Borken, Kreis Steinfurt, Landkreis Emsland, Landkreis Grafschaft Bentheim, Vechteverband en de EUREGIO.

Op dit moment wordt er nog beperkt grensoverschrijdend samengewerkt met betrekking tot droogte. De projectpartners van ‘’DIWA’’ willen toewerken naar meer afstemming tussen overheden en gebiedsbeheerders in Nederland en Duitsland.

Vooral door gebiedspilots worden ook al heel concreet tijdens het project acties omgezet in de praktijk. Zo worden langs het Coevorden-Piccardiekanaal maatregelen rondom het watervasthoudend vermogen genomen die ervoor zorgen dat water beter in het landschap wordt vastgehouden.

Ook wordt het grensoverschrijdende stroomgebied van de Geele Beek onder handen genomen met als doel het verbeteren van de beschikbaarheid van water in het stroomgebied en het bevorderen van de ecologische waterkwaliteit. Een belangrijk doel in het project is ook dat Nederlandse en Duitse betrokkenen kennis met elkaar uitwisselen en leren van best practices.